Klimaatapocalyps als (ecologische) wereldonthulling

En ik zag een nieuwe hemel en een nieuwe aarde,

want de eerste hemel en de eerste aarde waren voorbijgegaan…  (Openbaring van Johannes 21:1)


Over klimaatverandering en de bredere ecologische crisis wordt vaak in apocalyptische toon gesproken. Omineuze waarschuwingen over de apocalyptische gevolgen van de voortgaande economische uitputting van de natuur en verhitting van de aarde door de uitstoot van broeikasgassen komen meestal uit de hoek van de ecologische beweging, maar lang niet altijd. Zo zat Greenpeace achter de verklede ‘Ruiters van de Apocalyps’ die tijdens de VN-klimaattop van december 2009 (COP15) op vier paarden door de straten van Kopenhagen reden – een verwijzing naar het bijbelboek Openbaring waar het Einde der Tijden wordt ingeluid door vier ruiters die respectievelijk de Dood, Hongersnood, Oorlog en Pestilentie personifiëren. Maar als bijvoorbeeld de centrum-rechtse politica Christine Lagarde in 2013 (toen nog directrice van het IMF, nu president van de ECB) tamelijk laconiek waarschuwt voor het helse vooruitzicht dat “future generations will be roasted, toasted, fried and grilled” als we te weinig tegen global warming doen, dan zien we dat de apocalyptische retoriek ook door min of meer ‘respectabele’, officiële instanties gebezigd wordt.


Wat betreft het dreigen met hel en verdoemenis spant António Guterres, de huidige secretaris-generaal van de Verenigde Naties, ongetwijfeld de kroon. Dat is ook niet zo verwonderlijk: uit hoofde van zijn functie als VN-baas heeft Guterres de dure plicht om overheden en bedrijfsleven aan te zetten tot noodzakelijke klimaatmaatregelen. Daarvoor ziet hij het gebruik van apocalyptische beeldspraak blijkbaar als een even noodzakelijk pressiemiddel. Voor een politiek machteloze organisatie als de VN – volgens sommigen een ‘linkse kerk’ in een goddeloze wereld – blijft er wellicht weinig anders over dan het preken met hel en verdoemenis om mensen tot het goede te bekeren. “We are on a highway to climate hell with our foot still on the accelerator”, aldus Guterres op 7 november 2022 (tijdens COP27 in Egypte), mogelijk met een knipoog naar AC/DC, maar in ieder geval refererend aan het feit dat er wereldwijd nog altijd méér geïnvesteerd wordt in fossiele dan in groene energiebronnen (waarmee we het gaspedaal in onze dodemansrit naar de klimaat-hel dus nog altijd vol ingedrukt houden).


Minder dan een jaar later, na een zoveelste zomer vol recordbrekende hittegolven, ongekende bosbranden en dodelijke overstromingen door eveneens recordbrekende regenval (deze keer in Canada, Zuid- en Oost-Europa, Noord-Afrika en Azië), is Guterres’ toon aanzienlijk verhard. In plaats van de AC/DC-achtige waarschuwing dat “we are on a highway to climate hell” klinkt nu het besef door dat het te laat is: de voortrazende en benzineslurpende SUV van de menselijke beschaving is over de rand van het ravijn gekieperd en bevindt zich thans in vrije val. “Humanity has opened the gates of hell”, aldus Guterres op 20 september 2023 tijdens een zoveelste “klimaatambitie”-top van de VN, waarschuwend dat diezelfde mensheid een akelige toekomst vol bijbelse plagen te wachten staat. Aldus Guterres: “Verschrikkelijke hitte heeft verschrikkelijke gevolgen. Radeloze boeren zien hun gewassen weggespoeld door overstromingen. Zinderende temperaturen brengen tropische ziektes voort. Duizenden mensen vluchten in angst voor ongekende bosbranden.” Kortom: de ruiters van de Apocalypse zijn ontketend.


Een overdreven onheilsprofetie? Ja, aldus klimaatsceptici, die zich dood ergeren aan de apocalyptische retoriek van hun tegenstanders: Klimaathysterici overdrijven zo! Alsof door klimaatverandering de wereld vergaat! Alsof het Einde der Tijden is aangebroken! Sinds de aarde 4,5 miljard jaar geleden ontstond, is het klimaat talloze keren ingrijpend veranderd en de aarde bestaat nog steeds, het leven gaat gewoon door. Klimaatverandering is van alle tijden. Get used to it. Dergelijke geluiden waren dan ook niet van de lucht toen president Biden in januari 2021 waarschuwde voor de catastrofale gevolgen van klimaatverandering en pleitte voor de noodzaak van verregaande maatregelen – want, aldus Biden: “Klimaatverandering is een existentiële bedreiging voor de planeet.” Een dramatische uitspraak die tot grote hilariteit onder klimaatsceptici leidde: Alsof onze planeet door global warming op ontploffen staat! Hou toch op man, de aarde blijft gewoon bestaan en blijft gewoon ronddraaien… Daarin hebben zij natuurlijk gelijk, afhankelijk van wat we onder “de planeet” verstaan. Bedoelen we daarmee de aarde in kosmologische zin als third rock from the sun, dan is duidelijk dat klimaatverandering geen bedreiging voor de aarde vormt. En zelfs als de thuisplaats van het leven komt de aarde door klimaatverandering en de bredere ecologische crisis niet echt in gevaar. Toegegeven, een groot deel van de levende natuur zal door deze crises in een mass extinction event uitsterven, maar het leven als zodanig gaat gewoon door. Zoals de extremofielen laten zien, is leven op aarde zelfs onder de meest extreme omstandigheden mogelijk.


Maar dat is natuurlijk een schrale troost. Ook al is duidelijk dat de aarde door global warming niet zal ontploffen, het is eveneens duidelijk dat Bidens uitspraak niet het ‘naakte bestaan’ van de planeet an sich bedoelde, maar het bestaan daarvan op bepaalde wijze, een specifieke interpretatie van de aarde, namelijk als bloeiend ecosysteem waarin álle levensvormen die onze planeet rijk is kunnen gedijen, niet alleen de extremofielen. Interpreteren we “de planeet” op deze wijze, dan vormt klimaatverandering zeer zeker wel een existentiële bedreiging voor de aarde. Uiteraard heeft niemand een kristallen bol waarmee we de toekomst van de aarde in alle precisie kunnen voorspellen. Maar het is een feit dat organisaties als Greenpeace en politici als Lagarde, Guterres en Biden iets op dramatische wijze onder woorden brengen wat wetenschappers ons al decennia proberen duidelijk te maken, namelijk dat onze roekeloze omgang met de natuur niet alleen leidt tot een massa-extinctie onder het niet-menselijke leven op aarde, maar ook tot een voortschrijdende aantasting van de basisvoorwaarden waaronder de menselijke beschaving zelf mogelijk is. We zagen de tak door waar we zelf op zitten.


Op een planeet waar de zeeën leeggevist en in plaats daarvan met plastic gevuld zijn, waar er geen zoemende insecten meer zijn om gewassen en bloemen te bestuiven, waar het angstaanjagend stil wordt omdat er geen fluitende vogels meer zijn (want geen insecten meer om te eten), waar het land en het grondwater vergiftigd zijn met bestrijdingsmiddelen, microplastics en forever chemicals, waar de lucht verontreinigd is door de uitstoot van industriële schoorstenen en door verkeer ter land, ter zee en in de lucht, waar we óók onszelf vergiftigen met verslavende consumptiepatronen en processed foods, waar de verhitting van de aarde sommige gebieden te heet maakt om te leven en andere gebieden juist onder water zet door flash floods en een stijgende zeespiegel (door het smelten van het poolijs), waar rivieren droogvallen door verdwijnende gletsjers en oprukkende verwoestijning, waar talloze mensen sterven door drinkwatertekorten en mislukkende oogsten, waar oorlogen ontstaan om toegang tot drinkwater, om maatschappij-ontwrichtende migratiestromen van klimaatvluchtelingen en ook om internationale conflicten om geo-engineering – op zo’n planeet, zoveel is duidelijk, zal het voor de menselijke beschaving heel moeilijk worden om daadwerkelijk een beschaving te blijven en niet in chaos en barbarij af te glijden. 


Dat kun je een Apocalyps noemen, het Einde der Tijden, de Ondergang van de Wereld. Of niet. Maar dat hangt dan af van je interpretatie van “wereld” – net zoals het waarheidsgehalte van Bidens uitspraak (“Klimaatverandering vormt een existentiële bedreiging voor de planeet”) afhangt van wat we onder “de planeet” verstaan. Uiteindelijk gaat het om de vraag: in wat voor wereld wil je leven? En het antwoord op die vraag hangt ongetwijfeld samen met je onderliggende wereldbeeld en je bredere kijk op het bestaan. Maar, zo kunnen we ons afvragen, hebben we ooit toegang tot de wereld los van ons wereldbeeld, buiten onze bredere kijk op het leven om? Is het niet zo dat de wereld altijd alleen als fenomeen aan ons verschijnt – de wereld zoals wij haar ervaren en interpreteren – en nooit als Ding-an-sich, zoals Immanuel Kant al zei? In dat geval is een apocalyps altijd relatief aan een bepaalde visie op de wereld. Eenvoudig gezegd: de vraag of de wereld vergaat is afhankelijk van wat we onder “wereld” verstaan. Een apocalyps is daarom in de eerste plaats de ondergang van een bepaald wereldbeeld, van een bepaalde ervaring en interpretatie van de wereld, dus van een fenomenale wereld en níet van de wereld als Ding an sich. Spreken we immers niet ook van post-apocalyptische werelden? Hollywoodfilms wemelen ervan. Met andere woorden: de wereld als zodanig verdwijnt niet, die blijft gewoon bestaan, maar in een apocalyps vindt er een dramatische wijziging plaats in onze beleving ervan; het fenomenale aangezicht van de wereld verandert fundamenteel. Ons wereldbeeld muteert met een schok – wat Foucault een “epistemische cesuur” en Kuhn een “paradigmawisseling” noemt – in een ander wereldbeeld.


Dit brengt ons tot een tweede betekenis van het woord “apocalyps” en daarmee tot een tweede reden om klimaatverandering en de bredere ecologische crisis “apocalyptisch” te noemen. In klassiek Grieks betekent “apokalypsis” namelijk niet wereldondergang maar onthulling (van het Griekse voorzetsel “apó” = eraf, weg en het werkwoord “kalýptein” = verhullen, verbergen; het werkwoord “apokalýptein” betekent dus letterlijk de verhulling wegnemen, ont-hullen). Dat wij het woord “apocalyps” zijn gaan associëren met wereldondergang en de oorspronkelijke betekenis van onthulling uit het oog zijn verloren, komt precies door de Openbaring van Johannes, in het Grieks dus Apokalypsis geheten, waarin Johannes van Patmos (waarschijnlijk iemand anders dan de apostel Johannes) verhaalt van zijn bizarre visioenen van het Einde der Tijden. In dit laatste boek van het Nieuwe Testament gaat de ultieme openbaring van het mysterie Gods gepaard met de ondergang van de oude wereld, het goddeloze Babylon dat door de vier ruiters verwoest wordt, én met de onthulling van een nieuwe wereld, het hemelse Jeruzalem: “En ik zag een nieuwe hemel en een nieuwe aarde, want de eerste hemel en de eerste aarde waren voorbijgegaan…” (Openbaring 21:1)


We kunnen dit het positieve aspect van de apocalyps noemen, de onthulling van een nieuwe wereld, correlatief aan het negatieve aspect, de ondergang van de oude wereld. Deze dubbele betekenis van apocalyps volgt ook uit de boven vastgestelde relativiteit van wereld-ondergang ten opzichte van wereld-beeld: wat ten onder gaat is primair een bepaalde fenomenale ervaring en interpretatie van de wereld, die afgelost worden door een nieuwe ervaring en interpretatie, een nieuwe fenomenale wereld. Hebben we het over het apocalyptische aspect van klimaatverandering en de bredere ecologische crisis, dan hebben we het dus ook over de onthullende werking van deze processen, die de wereld op een nieuwe wijze laten verschijnen. In haar boek Apocalypsofie benadrukt Lisa Doeland ook deze onthullende kant van de klimaat-apocalyps, maar zij beperkt zich daarbij tot het negatieve aspect ervan: “Wat onthuld wordt: de aanstaande massa-uitsterving.” Wat zo echter over het hoofd wordt gezien, is dat aan de klimaat-apocalyps qua onthulling niet alleen een negatief maar ook een positief aspect vastzit: de ondergang van het oude wereldbeeld brengt a fortiori een nieuw wereldbeeld met zich mee. 


In die zin zijn klimaatverandering en de bredere ecologische crisis voor steeds meer mensen een fundamentele eye opener, waardoor zij radicaal anders naar de wereld (zijn) gaan kijken. Binnen de ecologische beweging bestaat er dan ook een brede overeenstemming dat we de ecologische crisis alleen kunnen oplossen als we, zoals de Amerikaanse activiste en schrijfster Naomi Klein zegt, “een alternatief wereldbeeld” ontwikkelen “dat het kan opnemen tegen het wereldbeeld waardoor de ecologische crisis is veroorzaakt”. We hebben een ecologisch wereldbeeld nodig waarin de mensheid niet buiten of boven de natuur staat maar een integraal onderdeel vormt van het aardse ecosysteem en zijn ecologisch equilibrium. Een aanzet tot een dergelijke nieuw ecologisch wereldbeeld, zoals dat door de dreigende klimaatapocalyps onthuld wordt, werk ik onder andere uit in het artikel Van Extractie naar Wederkerigheid: Tijd voor een Ecologisch Wereldbeeld.




No comments:

Post a Comment